Knuffelfarms = dierenmishandeling. Bezoek geen knuffelfarms!

Cheeta’s als foto object? Beter van niet

Stampersgat, 3 februari 2018

Recent verscheen er een artikel over de inzet van cheeta’s in de toerisme industrie, vooral actief in Zuid-Afrika. In dit land worden ook op grote schaal leeuwen gefokt die worden ingezet in toerisme. Waar dit steeds meer aandacht krijgt, blijven gefokte cheeta’s veelal onder de radar. En dat is jammer.
 
Opkomende fokindustrie cheeta’s voor toeristen en vrijwilligers
Een onderzoek uit 2010 gaf aan dat er in Zuid-Afrika meer dan 600 gefokte cheeta’s leefden in zo’n 79 plaatsen. Vaak worden hier ook excursies aangeboden of kun je hier als vrijwilliger aan de slag om voor cheeta welpen te zorgen. Dat aantal is sinds die tijd alleen maar toegenomen omdat steeds meer fokkers en knuffelfarms over gaan van leeuwen op cheeta’s. In het wild leven er hier naar schatting nog zo'n 1200 cheeta's in dit land. ​Het zal dus niet lang duren alvorens er meer gefokte dan wilde cheeta's leven in Zuid-Afrika.....
 
Cheeta’s worden net als leeuwen vaak ingezet in toerisme. Ook met deze dieren kun je op de foto en met ze wandelen. Omdat cheeta’s langere tijd kunnen worden ingezet in deze activiteiten, ze zijn op volwassen leeftijd nog steeds inzetbaar in tegenstelling tot leeuwen, gaan steeds meer organisaties in Zuid-Afrika over op cheeta's. Zeker omdat interacties met leeuwen tot steeds meer protest leiden aangezien veel voormalige knuffelwelpen eindigen in de canned hunting.

Interactie met cheeta’s wordt vaak aangeboden onder het mom van ‘educatie’ en ook hier wordt regelmatig verteld dat de dieren worden uitgeplaatst in het wild. Vaak is het verhaal zo slim dat je het gelooft.
 
Cheeta’s zijn praktisch niet terug te plaatsen in het wild
De cheeta heeft leefruimte nodig, heel veel leefruimte. Afname van leefruimte is 1 van de belangrijkste redenen waarom dit dier in het wild dreigt uit te sterven. Een cheeta leeft niet graag in gebied waar andere roofdieren, vooral leeuwen en hyena’s, leven. Zij stelen zijn prooi en doden de welpen. De cheeta leeft daarom het liefst op boerenland waar zijn natuurlijke vijanden veelal zijn uitgeroeid. Helaas brengt dat dit dier in conflict met boeren die hem liever zien gaan dan komen. Het is dus heel erg moeilijk om geschikt gebied te vinden waar je gefokte cheeta’s kunt uitplaatsen. In het beste geval gaat het dan om enkele cheeta’s maximaal. Maar je kunt zeker niet honderden gefokte cheeta’s uitplaatsen in het wild. En toch worden ze onder dit mom vaak gefokt.
 

Daarnaast is het goed te weten dat er proeven gedaan zijn met gefokte cheeta’s uitplaatsen in het wild. En die zijn bijna allemaal mislukt. De cheeta’s overleefden het niet. Dat komt omdat cheeta’s weliswaar roofdieren zijn en een instinct hebben om te jagen. Maar dat ze enorm veel moeten leren om het te kunnen overleven in het wild. Zo moet een cheeta leren op welke prooi het moet jagen. Een wrattenzwijn of een zebra is niet zo’n geschikte prooi. Deze dieren kunnen cheeta's dodelijk verwonden. Zonder moeder om dit te leren, wordt overleven lastig. Uit de experimenten gedaan blijkt dat uitgeplaatste gefokte cheeta’s het zelden overleven in het wild. En als ze overleven moeten ze vaak terugvallen op menselijke hulp. Met andere woorden: het kost enorm veel tijd en energie om cheeta’s terug te plaatsen in het wild. En dan nog is het slagingspercentage erg laag.
 
Educatieve waarde?
Terugplaatsing is dus praktisch een onmogelijkheid. De vraag is dus of interacties met cheeta’s leiden tot educatie. Wij twijfelen aan de educatieve waarde van dit soort interacties. Het geeft in onze ogen alleen de boodschap af dat cheeta’s af te richten zijn. En eventueel leuk om als huisdier te hebben. Met alle gevolgen van dien zoals een levendige illegale handel waarbij welpen uit het wild worden geroofd om vervolgens geëxporteerd te worden naar gebruikers die dit een leuk huisdier vinden.  
 
De vraag is ook hoe ethisch deze interacties zijn. Allereerst moet een cheeta welp al op jonge leeftijd van de moeder verwijderd worden om te kunnen dienen in interacties. Hij moet immers wennen aan mensen. In onze ogen is het dierenleed om moeder en jong bewust van elkaar te scheiden met als enige motivatie: interactie met mensen. Ook vermoeden wij dat al die interactie leuk is voor ons maar niet voor de cheeta in kwestie. Hordes toeristen op een dag die met jou op de foto willen: we denken niet dat een dier daar op zit te wachten.
 
Maar zelfs als het dan een educatief nut zou hebben; waarom heb je er dan honderden nodig? Veel centra fokken continue om een aanwas van jonge dieren te hebben. Die zijn immers schattig en gewild bij toeristen en vrijwilligers. Waar de dieren eindigen als ze groter en minder schattig worden, is de vraag. Ze worden dan vaak ingezet in het bestaande fokprogramma of verkocht aan dierenparken die heel vaak een dubieus karakter hebben. Hoe leuk is dat als leven?  
 
Canned hunting
Een opkomende angst is eveneens dat deze cheeta’s ooit eindigen in de canned hunting. Deze specifieke vorm van jacht is nu vooral toebedeeld aan leeuwen maar dat komt steeds meer onder druk te staan. Canned hunting op cheeta’s is wellicht een alternatief. Is de angst van veel natuurorganisaties.
 
 
Wij raden het dan ook ten zeerste af om aan excursies deel te nemen waar je dit soort interacties met cheeta’s kunt hebben. Zeker als je weet dat deze dieren hiervoor speciaal gefokt worden.